Becks laatste zomer

De Duitse schrijver Benedict Wells (1984) maakte in 2018 op mij veel indruk met zijn schitterende roman Becks laatste zomer. Vol verwachting begon ik in zijn nieuwste boek Op het geniale af en werd niet teleurgesteld. Integendeel, wat een geweldig, meeslepend verhaal!

Hoofdpersoon is de intelligente Francis Dean die met zijn moeder in een vervallen trailerpark woont in New Jersey. Armoede en ellende. Hij heeft de hoop op een betere toekomst al bijna opgegeven. Totdat hij achter de waarheid van zijn verwekking komt. Zijn moeder heeft achttien jaar geleden aan een absurd experiment meegedaan. Zijn vader blijkt geen loser te zijn die zijn gezin in de steek heeft gelaten, maar een genie, cum laude afgestudeerd in Harvard.

Francis wil hem ontmoeten. Dit is de verandering die zijn leven nodig heeft. Samen met zijn beste vriend en whizzkid Grover en het meisje van zijn dromen, de onvoorspelbare Anne-May begint hij aan een bizarre autoreis dwars door Amerika. Hij moet en zal zijn vader vinden. Dan ontdekt hij wie hij werkelijk is. Niets te verliezen of toch…?

“Niemand kende zijn gedachten en herinneringen. Als hij doodging, werden ze vergeten en na nog een paar omwentelingen van de aarde zou het zijn alsof ze nooit hadden bestaan. Alles ging verloren door de tocht door het heelal.”

“Hij wilde iets zeggen om hen weer nader tot elkaar te brengen, maar hij was nu eenmaal niet goed in dat soort dingen, alsof hij iets moest voorlezen van een lege bladzijde.”

Wells schrijft beeldend, schijnbaar eenvoudig en gemakkelijk. Hij strooit met verrassende passages en gedachten Het is veel meer dan zo maar een spannende roadtrip. In mijn beleving is het een heerlijk ‘jongensboek’ voor volwassenen. Aanrader!